Een belangrijke doelstelling van de treasuryfunctie is het voeren van een risicomijdend treasurybeleid. Om dit te realiseren is in het Treasurystatuut vastgelegd dat de gemeente alleen leningen aan derden mag verstrekken voor de uitoefening van haar publieke taak. Ook het aantrekken van gelden moet risicomijdend zijn.
Naast risicomijdend gedrag bij het aantrekken en uitzetten van gelden is het ook van belang dat we renteschommelingen oftewel renterisico's voorkomen. Het renterisico wordt in beeld gebracht met behulp van de kasgeldlimiet en de renterisiconorm. Beide instrumenten gebruikt de provincie bij het uitoefenen van haar toezichthoudende taak.
Saldobeheer
Sinds 2013 zijn alle decentrale overheden verplicht deel te nemen aan schatkistbankieren. Schatkistbankieren wordt door het Ministerie van Financiën uitgevoerd. Dit houdt in dat via een rekening courant bij de BNG het overschotsaldo (geld en vermogen) wordt afgeroomd naar deze rekening bij het Rijk.
Kasgeldlimiet
De kasgeldlimiet is het bedrag dat de gemeente maximaal met rood-staan en kortlopende geldleningen mag financieren. Deze limiet is 8,5% van het bedrag van de exploitatielasten in de begroting.
Op basis van de huidige financieringsbehoefte verwachten we dat we in 2019 geen nieuwe geldleningen hoeven aantrekken.
Hieronder volgt een grafiek van het kasgeldlimiet en het benodigd kortlopend krediet:
Renterisiconorm
De renterisiconorm stelt dat de jaarlijkse verplichte aflossingen en renteherzieningen niet meer mogen bedragen dan 20% van het begrotingstotaal. Deze norm is bedoeld om door de jaren heen tot een goede opbouw van de leningenportefeuille te komen. Door een goede opbouw wordt het renterisico door renteaanpassingen en herfinanciering van de leningen van jaar tot jaar voldoende beperkt. Het renterisico wordt bepaald op basis van de aflossingsbedragen van onze leningen in de toekomstige jaren. Deze moeten (her-)gefinancierd worden tegen het dan geldende rentepercentage, indien de kasgeldlimiet wordt overschreden.
De renterisiconorm is gebaseerd op de verwachte meerjarige begrotingscijfers. Door maximaal 20% van het begrotingstotaal per jaar af te lossen vermijden we te grote renteschommelingen op de langlopende leningen. De rentelasten leggen beslag op de begrotingsruimte en zijn nadelig voor onze gemeentelijke financiële positie.
De rente op langlopende leningen staat voor langere tijd vast en daarmee wordt het renterisico sterk beperkt.
Hieronder volgt een grafiek van de renterisiconorm t.o.v. het renterisico 2019-2022:
De gemeente Buren blijft de komende jaren ruim onder de gestelde renterisiconorm van 20% van het begrotingstotaal. Het bijbehorende normbedrag is in 2019 7,8 miljoen euro. Het bedrag dat we moeten herfinancieren omdat we lopende leningen aflossen, is ongeveer 1,7 miljoen euro.
Leningen- en aandelenportefeuille
Aangetrokken leningen
We hebben 4 langlopende geldleningen aangetrokken waarvan de stand per 1-1-2019 als volgt is (in euro's):
Oorspronkelijk bedrag | Geldgever | Laatste jaar aflossing | Rentepercentage | Leningbedrag per 1-1-2019 | Rente 2019 |
5.513.430 | BNG | 2019 | 4,48% | 275.672 | 137 |
6.806.703 | BNG | 2019 | 4,48% | 340.335 | 169 |
8.000.000 | BNG | 2024 | 0,93% | 4.800.000 | 44.371 |
3.000.000 | BNG | 2026 | 0,53% | 2.400.000 | 11.511 |
Totaal: | | | | 7.816.006 | 56.189 |
Bovenstaand overzicht is op basis van de werkelijk afgesloten leningen t/m 30-09-2018.
Aandelen en uitgezette leningen
De gemeente bezit 23.953 aandelen van de Bank Nederlandse Gemeenten. In 2019 verwachten we over 2019 een dividenduitkering van € 60.000,- te ontvangen. Dit is conform 2018. Daarnaast heeft de gemeente Buren een achtergestelde lening uitgegeven aan Vitens. Vitens betaalt ons jaarlijks een aflossing op deze lening van ongeveer € 100.000,-. Daarnaast bezit de gemeente 24.035 aandelen Vitens en verwachten we in 2019 een dividenduitkering Vitens van € 70.000,- (over 2018).
Financieringsbehoefte
De financieringsbehoefte geeft aan of we geld nodig hebben of geld uit kunnen zetten. In 2019 is er nog steeds een tekort aan financieringsmiddelen. De verwachting is wel dat de werkelijke uitgaven in de periode 2019-2022 de inkomsten niet of nauwelijks zullen overstijgen.
Tabel: Financieringsbehoefte voor de periode 2019 - 2022
(x €1.000.000,-)
Financieringsbehoefte | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 |
Materiële vaste activa | 32 | 31 | 30 | 30 |
Financiële vaste activa | 1 | 1 | 1 | 0 |
Boekwaarde grondexploitaties | 7 | 5 | 2 | 0 |
Totale behoefte | 40 | 37 | 33 | 30 |
De bedragen hierboven betreffen de verwachte boekwaarden op 1 januari van het genoemde kalenderjaar. De boekwaarden grondexploitaties zijn gecorrigeerd met de berekende boekverliezen.
Tabel: Financieringsmiddelen voor de periode 2019 - 2022
(x €1.000.000,-)
Financieringsmiddelen | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 |
Reserves en voorzieningen | 24 | 24 | 23 | 24 |
Langlopende geldleningen | 8 | 6 | 5 | 4 |
Uitgezette middelen | -0 | -0 | -0 | -0 |
Totaal beschikbare middelen | 32 | 30 | 28 | 28 |
Tabel: Financieringsoverschot of -tekort voor de periode 2019-2022
(x €1.000.000,-)
Benodigde financieringsmiddelen | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 |
Financieringsbehoefte | 40 | 37 | 33 | 30 |
Financieringsmiddelen | 32 | 30 | 28 | 28 |
Totaal tekort aan middelen | 8 | 7 | 5 | 2 |
Kredietlimiet kortlopend | 5 | 5 | 5 | 5 |
Benodigde financierings-middelen (vooralsnog kort) | 3 | 2 | 0 | -3 |
Relatiebeheer
De huisbankier van de gemeente Buren is de Bank Nederlandse Gemeenten (BNG). Deze relatie is vastgelegd in een zogenaamde raamovereenkomst. Hierin zijn onder andere afspraken met betrekking tot de rentepercentages van in rekening-courant geleende gelden vastgelegd. De raamovereenkomst is in 2015 voor het laatst geactualiseerd.
Tabel: Rentekosten en -opbrengsten 2018 en de verwachtingen voor 2019-2022
(x €1.000,-)
Rentekosten en - opbrengsten | Werkelijk 2018 | Verwacht 2019 | Verwacht 2020 | Verwacht 2021 | Verwacht 2022 |
Toegerekende rentelasten aan reserves en voorzieningen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Te betalen rente voor kortlopende leningen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Te betalen rente voor langlopende geldleningen | | 56 | 47 | 38 | 29 |
Te ontvangen rente over kortlopende leningen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Te ontvangen rente over langlopende leningen | | -1 | -1 | -1 | -1 |
Totale rentelasten | | 55 | 46 | 37 | 28 |
N.B. Bovenvermelde meerjarencijfers van de te betalen rente voor langlopende leningen zijn gebaseerd op basis van de huidige leningenportefeuille.